Bezoek aan Cesis
Blijf op de hoogte en volg Annie & Henk
07 Juni 2014 | Letland, Cēsis
We verlaten de stadscamping van Riga en gaan op weg richting het Gaujapark, een natuurgebied vlakbij de grens met Estland. In Letland zijn geen rondwegen om de stad, dus moeten we eerst met de camper 11 kilometer dwars door Riga. Een hele ervaring! Maar als we de stad achter ons hebben gelaten is het weer heerlijk rustig op de weg. We rijden 95 km. door bosgebied en langs weilanden en arriveren rond het middaguur op camping Žagarkalns, 3 kilometer voor het stadje Cēsis. De camping is nagenoeg leeg. Er is slechts1 trekkershut bezet. De vriendelijke beheerder vertelt ons dat we mogen gaan staan waar we willen en dat we brandhout mogen pakken als we een vuurtje willen maken. We vinden een prachtig plekje aan de rivier. Er staan overal picknickbanken en er zijn her en der vuurplaatsen. Na de lunch stappen we op de fiets en rijden naar het stadje. In Cēsis staan een mooi kasteeltje en de ruïnes van een groot kasteel uit de tijd van de zwaardridders. Voor
€ 2.50 mogen we beide bezoeken en krijgen we een lantaarntje met kaarsen mee omdat het op de trap van de toren erg donker is. We bekijken eerst de ruïnes en daarna het nieuwe kasteeltje. Er zijn attributen tentoongesteld die hier in de loop van de tijd opgegraven zijn, en enkele zalen zijn ingericht en hebben mooie wandschilderingen. Om vijf uur willen we weer terug naar de camping fietsen, maar het is intussen erg donker geworden en we horen niet al te ver weg een aantal onweersklappen. Dus drinken we eerst nog een biertje. Het buitje is snel voorbij en als we op de camping terug zijn schijnt de zon alweer. Na het avondeten maken we buiten een vuurtje en genieten nog een tijdje van der prachtige omgeving en de stilte, die alleen doorbroken wordt door het gefluit van de vele vogels die hier zijn. Af en toe drijft er een bootje of een vlot zachtjes voorbij. Wat een geweldige plek om vakantie te vieren!
Vrijdag worden we gewekt door het zingen van de vogels. De zon staat al hoog aan de hemel en het belooft een warme dag te worden. Na het ontbijt maakt Henk de buitenkant van de camper schoon en ruim ik wat op. ’s Middags pakken we de fiets en rijden naar het dorpje Raiskums, een dorpje dat bekend staat om zijn kurkeiken, bomen die verder in de Baltische Staten niet voorkomen. Het plan was om de weg nog wat verder te volgen, maar net buiten het dorpje verandert de asfaltweg in een zandweg en we besluiten terug te gaan richting de camping. Niet ver van de camping vandaan zien we links op de weg een toeristenbordje met het woord Cliffs. We besluiten te gaan kijken en komen bij een paadje dat leidt naar een ondiepe grot waar wat gootjes helder water uit de rotsen “kanaliseert”. We lopen het paadje dat vlak langs een steile rotswand loopt nog wat verder af. Als we terug lopen zien we bij de gootjes een vrouw die grote flessen vult met het water uit de grot en even later komt er ook een man met lege flessen aangelopen. Kennelijk wordt het water hier gedronken, maar wij durven het toch niet aan. We fietsen in de brandende zon (het is tegen de 30 graden) terug naar de camping en halen bij de beheerder 3 grote flessen water en een ijsje. Wat hebben we een dorst!
Om een uur of zes valt er uit het niets ineens een flinke bui die gepaard gaat met een paar klappen onweer. Daarna is het aangenaam koel. We drinken buiten nog een kopje thee bij een knapperend vuurtje en gaan om een uur of elf naar bed.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley