Heber

Vrijdag 24 juni nemen we afscheid van onze Duitse buren en vertrekken uit Plau. Onze volgende stop wordt het plaatsje Heber op de Lüneburgerheide. Het is ongeveer 200 kilometer in westelijke richting. We willen niet via Hamburg rijden en besluiten dan ook het hele traject de snelweg te vermijden. We kunnen dan mooi nog genieten van de landelijke omgeving. In Parchim doen we nog even boodschappen bij de Penny en daarna rijden we over hele rustige binnenwegen westwaarts. Halverwege de rit begint het ontzettend te plenzen en het duurt een tijdje voor we deze buien weer achter ons laten.
Als we camping “De Lünerburgerheide oprijden is het gelukkig weer droog.

Als we zaterdag wakker worden is het koud, slechts 12 graden. Dat is wel even wennen na 4 weken mooi, lekker warm weer. Het is wel droog en als we horen dat het ’s middags waarschijnlijk zal gaan regenen besluiten we maar vroeg te gaan fietsen. De kaart van Mecklenburg wordt vervangen door die van de Lüneburgerheide en we gaan op weg, voor het eerst met vest en lange broek aan. We fietsen naar het Pietzmoor. Het is een groot veengebied waar vroeger turf werd gestoken. Het is de bedoeling dat dit gebied zijn natuurlijke staat weer terug krijgt en om dat te bereiken zijn er stuwtjes en dijkjes gemaakt. Het is een desolaat gebied waar dode bomen in het water staan. Wel fascinerend trouwens. Door het gebied heeft men over meer dan 2 kilometer houten vlonders neergelegd waar je overheen kunt lopen en fietsen en zo dit bijzondere gebied te bekijken. We lezen op de plaquettes die her en der zorgen voor informatie dat het nog wel een paar honderd jaar kan duren voor het zijn natuurlijke staat weer terug heeft.
Als we een paar uur later weer terug bij de camper zijn gaat het inderdaad regenen. Het blijft de rest van de middag een beetje druilerig weer en we zitten dus voor het eerst deze vakantie om drie uur in de middag al in de camper. Met de deur dicht. Het is buiten 15 graden!

Ook de zondag begint wat somber, al is de temperatuur met 19 graden een stuk beter dan gisteren. De deur kan weer open en de verwachting is dat de zon in de loop van de dag zal gaan schijnen. We besluiten eerst maar een was te draaien en de camper weer wat op orde te brengen en na de lunch pas te gaan fietsen.
We skypen nog even met Corrie en Bertus en maken in de middag een fietstocht naar het plaatsje Bisspingen . het is er gezellig druk. Er is een hele grote rommelmarkt en ook alle winkels zijn open. Het weer wordt ook steeds beter, de temperatuur gaat snel omhoog. Als we om zes uur weer terug bij de camper zijn is het 29 graden. De stoelen worden snel uit de camper gehaald en we genieten met een glaasje rosé nog een poosje van het heerlijke weer.

Maandagmorgen schijnt de zon uitbundig en is het als we uit bed komen al dik boven de 20 graden. Buiten ontbijten dus. Daarna maken we een fietstocht over de heide naar Wilsede, een soort pleisterplaats in dit prachtige natuurgebied. Het is behoorlijk warm en fietsen hier valt niet altijd mee. De meeste paden zijn onverhard. We vermijden de paden waar veel mul zand ligt, maar ook op de wat hardere paden, die her en der opgevuld zijn met grind is het fietsen behoorlijk zwaar. Er zijn nogal wat hellinkjes te beklimmen. Maar de prachtige vergezichten over de golvende heidegebieden vergoeden al het geploeter. We genieten enorm! Het is hier nog echt stil. Je hoort alleen het gezang van vogels. Even nadat we de terugtocht naar de camping beginnen krijgt Henk een lekke band. Een behoorlijk groot steentje blijkt de boosdoener.
Terug op de camping drinken we een biertje op het terras en genieten daarna in de schaduw bij de camper nog lang van het heerlijke zomerweer.